De overheidsuitgaven voor gezondheidszorg en inkomenszekerheid lopen in Nederland voor een groot deel via sociale fondsen. Deze fondsen worden gevuld met de opbrengst van sociale premies en via rijksbijdragen. Het aandeel van de bedoelde rijksbijdragen zal in de toekomst hoogstwaarschijnlijk verder toenemen, ten koste van het aandeel van de premiefinanciering. Deze ontwikkeling (‘fiscalisering’) lijkt onontkoombaar, om te verhinderen dat de marginale druk van de sociale premies op de langere termijn extreem hoog oploopt.
Dit artikel brengt de bij de sociale verzekeringen betrokken instellingen en geldstromen in kaart, het illustreert de opwaartse pressie op de marginale druk en refereert aan denkpistes van een ambtelijke werkgroep die zich boog over alternatieven voor de financiering van de sociale verzekeringen. Het door de werkgroep geschetste scenario met versnelde fiscalisering verdient de voorkeur. Deze optie versterkt de greep van het parlement op het overheidsbudget, vereenvoudigt de financiering van de sociale verzekeringen en beperkt de anders te verwachten oploop van de marginale belastingdruk op inkomen uit arbeid.